Bijschrijven over WFH

Op deze pagina staat, als je dat wilt, jouw scriptie, werkstuk, essay of desnoods je proefschrift over WF Hermans. Mail mij je tekst in WORD, je afbeeldingen in JPG formaat en je hele werk komt op de site. Hieronder komt je naam, titel en datum te staan. De titel is de link naar je tekst.

De ruimte doorbladerd – Koen Deprez

Een IJlroman – Tonnus Oosterhoff

Het land der Blinden – C.J.W. Jansen

Helden zonder bondgenoot – R. Spork

Naar een romaneske ruimte – Koen Deprez

Russin promoveert op W.F. Hermans – Wilbert Smulders


WIE VOLGT?  Wie weet Sonja Pos met haar proefschrift:

‘Dorbeck is alles’.

‘Thema’s, motieven en compositie in enkele romans van WF Hermans,

bezien vanuit de theorie van René Girard

over navolging, rivaliteit en zondebokmechanisme’.

In ‘De Literaire magneet’ (red. Smulders e.a.,1995) publiceerde Sonja Pos een voorproefje op haar proefschrift: ‘Bemiddelaar en zondebok in de roman De donkere kamer van Damokles.’ In 1989 was dat artikel (in 1995 grondig bewerkt) verschenen in ‘Mimese en geweld’ (red. W van Beek). Al in 1986 legde zij voor het eerst verband tussen de theorieën van Girard en het werk van Willem Frederik Hermans en gaf zij er een lezing over tijdens een Girard-symposium op de Universiteit van Utrecht. Haar research stamt uit die tijd.

Sonja Pos werkte met onderbrekingen sinds het najaar 2000 parttime aan haar proefschrift. Zij gaf tussendoor lezingen en masterclasses, tobde met haar gezondheid en moest soms afwachten wanneer haar promotor in het land was.

Spoedig zal blijken hoe haar interpretatie van het werk van Hermans wordt ontvangen. Haar ideeën rond ‘navolging’ zijn na grondig onderzoek tot stand gekomen. Ik heb in de boekenkast van Sonja Pos de talloze post-it briefjes uit de werken van WF Hermans  zien steken en weet dat theorieën niet alleen bewezen moeten worden, maar vooral ook geaccepteerd door de gevestigde wetenschap. Mij lijkt de nieuwe benadering een verrijking voor alle bestaande opvattingen over en verklaringen van het werk van WFH.

En of ooit op deze site te lezen is wát de ideeën van Sonja Pos zijn……….. Eerst maar naar de boekhandel zodra de publiekseditie er is, denk ik zo. Resteert de vraag of Sonja ook nog een boek gaat schrijven over de twintig jaar die zij klaarblijkelijk met ups en downs heeft besteed aan haar promotieproject.

Tekening uit vogelvluchtkaart van
Cornelis Anthonisz (1544)

De promotie is op:

3 april 2007 | Agnietenkapel | Oudezijds Voorburgwal 231 | Amsterdam.

3 April 2007. In de prachtig gerestaureerde bovenzaal van de kapel zijn de stoelen bezet door een brede kring van belangstellenden. Buren die hun betrokkenheid hebben gehad en duidelijk nog hebben. Mevrouw Emmy Hermans, in de watten gelegd door Frans A. Janssen, Raymond Benders, die nog net voor zijn vertrek naar Italië belangstelling toont voor deze feestelijke gebeurtenis. Gijs Kuiper en zijn echtgenote, die ik dan weer ken van het dorp waar ik woon: Oostzaan, Bob Polak, die in plaats van Dirk Baartse de camera hanteert om in juni in Hermans-magazine met foto’s kond te doen van de promotie van Sonja Pos.

Sonja Pos met één van haar paranimfen: Ernst L Drukker
(foto: Hermans-magazine)

In haar betoog wordt duidelijk dat Sonja Pos geen enkele boodschap heeft aan welke interpretatie van het werk van WF Hermans, in de laatste vijftig jaar geproduceerd, dan ook. Heel gedurfd, maar ze overtuigt en dat kon je merken aan de wijze waarop publiek en opponenten reageerden. En die overtuiging brengt zij onder woorden door simpelweg te schrijven dat zij Hermans’ werk recht wil doen en niet met een nieuwe interpretatie, theorie of verklaring wil komen, zoals anderen al decennia deden.

Sonja Pos maakt duidelijk dat zij een wezenlijk aspect in Hermans’ geschriften heeft blootgelegd en ter sprake komt de ontvankelijke houding die de schrijver zelf had ten opzichte van haar benadering.

Haar onderzoeksmethode heeft ongetwijfeld sterk fenomenologische trekken gehad. En dan begrijp je de moeite om in het wetenschappelijke wereldje gezien en aanvaard te worden. Het zal echter niet de eerste keer zijn dat juist dit soort onderzoeken uiteindelijk opvalt, sympathie oogst en vooral van wezenlijk belang geacht wordt. Iedere aanstormende academicus is in staat de trucs te vinden voor het bewijs van zijn eigen hypothese. Maar het wezenlijke van je onderwerp van studie blootleggen is een andere inspanning en een gewetensvolle daad. Sonja Pos heeft niet naar zichzelf, maar naar WF Hermans (en naar Girard) geluisterd.

Er is verbazing in de Agnietenkapel over de voorkennis die Sonja Pos heeft over de vragen die haar opponenten stellen. Maar Sonja kan er ironisch op reageren en in volle openheid haar antwoorden voorlezen. Ongetwijfeld heeft zij geleerd haar opponenten voor te zijn en in plaats van de zeer geleerde vragenstellers zegt zij wat de kopstukken der geleerdheid hadden moeten zeggen: “Een zeer interessante vraag, waar wij het later nog maar eens uitgebreid over moeten hebben”. Zonder enige lef kom je er niet!

En zo wordt Sonja Pos op terecht zeer persoonlijke wijze opgenomen in de kring van geleerden. En nu maar afwachten of er iemand de kwaliteiten door mij hierboven omschreven zal onderschrijven. Er is per slot wel een impliciete aanval gedaan op alles wat er al was.

Mijn gelukwens! En moge mijn waardering duidelijk zijn.

27 april 2010
(15e sterfdag van WF Hermans)

Willem Otterspeer overhandigt het eerste exemplaar van de publiekseditie van Sonja’s proefschrift aan de promovendus zelf. Hij leest een passage uit een brief die Hermans aan Wilbert Smulders schreef over de verhandeling die Sonja Pos eerder schreef over ‘De donkere kamer van Damokles’, ook toen gebaseerd op de ideeën van Girard. Hermans schrijft soms enige angst te hebben voor rake commentaren en interpretaties van zijn werk. Het artikel van Sonja Pos was zo’n verhandeling waar hij dat gevoel bij heeft gehad. Zonder zich er bewust van te zijn geweest, paste de theorie van Sonja Pos op zijn wellicht meest vermaarde roman, aldus de schrijver zelve.

In een gesprek dat ik met Sonja had, verzekerde zij mij van de juistheid van haar benadering en over mijn waardering sprak ik mij al eerder uit. Ik vind het helemaal niet erg als die waardering verbleekt na het compliment dat Hermans gaf over de onbewust ingebrachte motieven in De donkere kamer, die Sonja Pos wist bloot te leggen. Een kroon op haar werk uit onverwachte hoek van de meester zelf.

 Graa Boomsma wijdde in De Groene Amsterdammer van 1 juli 2010 een grondig artikel aan drie recente publicaties over leven en werk van Hermans:

Het Grote Willem Frederik Hermans Boek’, van de bekende heren Baartse en Polak, waar Boomsma geen spaan van heel laat, voorts ‘Hermans in hout’ van Willem Otterspeer, waar hij wat kanttekeningen bij plaatst. En van Sonja Pos: ‘Dorbeck is alles! Navolging in enkele romans en verhalen van W.F.Hermans’.

Boomsma is zeer lovend over het boek van Sonja Pos, dat hij ‘uitmuntend’ vindt en als analyse ‘superieur’. Hij benadrukt dat ook hij als Hermanskenner er veel nieuws uit leerde, o.a. het feit dat talrijke hoofdpersonen bij Hermans navolgers zijn. Niet alleen hij, ook de lezer wordt echter keer op keer listig bedrogen. De verraderlijke wijze waarop Hermans, zoals Pos tevens ontdekte, de werking van talrijke instrumenten beschreef en ook daarmee zeer belangrijke adders onder het gras verborg, bracht Boomsma ertoe de betreffende passages keer op keer te herlezen. De compositie is bij Hermans dus nog veel ingewikkelder dan men altijd meende.

Boomsma vindt de studie van Pos een uiterst belangrijke bijdrage tot een veel beter inzicht in het werk van Hermans en bindt Otterspeer op het hart in zijn biografie ruim aandacht aan haar inzichten te besteden. Een aanrader dus, dat boek van Sonja Pos!’