Op toneel met WFH

“Altijd hetzelfde boek”, een uitspraak die zeker voor de werken van WF Hermans geldt. Andere personages,  andere decors, maar steeds dezelfde strekking. Vertolken de personen in de romans en verhalen van Hermans een mening, dan geldt dat ook voor de rollen in zijn toneelstukken. De botsing van overtuigingen kom je in alle boeken tegen. Het is de vraag of  toneel voor Hermans een geschikte vorm was om zijn overtuiging aan anderen te verduidelijken. Hermans moest het van de dialogen hebben en was minder goed in staat toeschouwers in het theater te boeien dan lezers met zijn proza. Hij miste de dramatische touch. En toch, hij moet het geweten hebben, want de karikaturen uit zijn toneelstukken werden met veel humor neergezet.

‘Drie drama’s’ (1962) bevatte:

>  ‘Het omgekeerde pension’  <

In ‘Briefgeheim’ staan vier eenakters, die ter gelegenheid van de boekenweek, bij de opening ervan in 1953 werden opgevoerd. Eén ervan: ‘Het omgekeerde pension’. In een statige opdracht werd het thema aan schrijvers opgedragen. Het stuk moest gaan over de gevolgen die een bezorgde brief heeft op de geadresseerde. De afzender heeft, na enige overpeinzing voor de brievenbus, ferm en kordaat de brief in de rode bus laten vallen. Maar dan….. Hermans zet de boel op zijn kop!

Opvoering tijdens Hermans-festival 2000. 
(foto: © Levien Willemse)

>  ‘Dutch comfort’  <

In 1953 stuurde WF Hermans het stuk, geschreven op verzoek van het gemeentebestuur, naar Amsterdam. Het werd afgewezen en had zijn première in Brussel in 1971, 18 jaar later. (zie ook Jeroen Brouwers)

interview over Dutch comfort

>  ‘De psychologische test’  <

Een verdienstelijke TV bewerking was te zien in de jaren 60 en 4 maart 1993 werd het stuk door Het Arsenaal gespeeld in het Pleintheater te Amsterdam.

De overige toneelstukken zijn niet gebundeld en zelden opgevoerd:

>  ‘Uitgever Oorwurm’  <

Hermans neemt wraak op de uitgever die zich super machtig voelt. Hij spaart hem niet: “uitvreter, ijsbreker, uitbener, duitenpikker, flessentrekker”; niet mis te verstane kwalificaties voor iemand die boeken aan de man behoort te brengen voor zijn schrijvers. Een oude traditie bij het toneel: In de Middeleeuwen gingen de gezelschappen al de straat op om machthebbers op olijke wijze aan de kaak te stellen. In het telefoonboek staat Oorwurm op dezelfde bladzijde als Van Oorschot! Bel hem eens en vraag hoe dat precies zit met die oudere drukken……… Hoe het stuk geaccepteerd werd?

(De Volkskrant 30 november 2002)

Hoe dan ook, Van Oorschot was ooit de durfal die Hermans’ werk publiceerde. Binnenkort mogen we genieten van de brieven die hij aan WF Hermans schreef. Een reconstructie waarbij eindelijk duidelijk wordt wanneer de vlam in de pan sloeg

Eind september 2009 werd ‘Uitgever Oorwurm’ dan toch opgevoerd in de Balie te Amsterdam. Willem Otterspeer als spreker, met ongetwijfeld tekst uit zijn op handen zijnde(?) biografie over WF Hermans.

>  ‘King Kong’  <

1972
1981

Alweer een opdracht van de gemeente Amsterdam (1968): er was een bureaula die nog leeg was en daarin belandde ‘King Kong’. De NTS had ook belangstelling én iemand die zich goed in bochten kon wringen. Hermans besteedt 30 bladzijden in het boek aan wat er NIET met King Kong gebeurde. Een waanzinnige briefwisseling met lieden die er voor betaald werden, te voorkomen dat het stuk opgevoerd zou worden. Een kritische houding naar “waarheidsvinding” wordt nu eenmaal niet altijd op prijs gesteld, zeker niet door overheden en gevoelige terreinen als het medium televisie. Ik stel mij zo voor dat er geen toneelrecensent in de zaal had gezeten maar eerder een Loe de Jong of de G.B.J. Hilterman en die hebben weer geen verstand van toneel.

‘King Kong’ werd uiteindelijk op 4 en 5 mei 1981 in Paradiso opgevoerd. Eindelijk begrepen ze hoe je zoiets doet. Je zet kopstukken op de plaats van bijbehorende rollen: Annemarie Grewel (overleden in 1999) als voorzitter van de enquête commissie. Het Amsterdams 4 en 5 mei comité had tot de opvoering besloten.

Adèle Bloemendaal als Prins der Nederlanden

Adèle Bloemendaal als Prins Bernhard, destijds opperbevelhebber van het leger en al gauw heeft de toeschouwer het satanisch genoegen het helemaal eens te zijn met Hermans: De werkelijkheid kan niet gekend worden, ook niet als het meest democratische middel: de parlementaire enquêtecommissie wordt ingezet om achter de waarheid te komen. Dan pas begint het misverstand goed, dan is moedwil een gegeven. Misleiden of misleid worden in een dodelijk spel van belangen. De mystificaties rond de spion King Kong zijn nooit ontrafeld.
(foto: Vrij Nederland 16 mei 1981)

Martin Kaye maakte het affiche voor de voorstelling. In de kelders van Paradiso had hij een zeefdrukkerij. Piet Schreuders, Rob Stolk, Ed Visser, Peter van der Linde, ze moeten elkaar allemaal gekend hebben. Allemaal bezeten van het grafische vak. Kaye liet na zijn dood in 1989 van al zijn werk slechts enkele exemplaren van zijn creaties na.

De affiches van Kaye roepen bij velen herinneringen op. In Hoorn werd zijn werk tentoongesteld in het Affiche museum. De posters van Kaye waren zo sterk van vorm en kleur dat je de indruk kreeg dat de hele stad er mee vol hing, ook al waren er maar vier aangeplakt. En het affiche van King Kong?

(Bron: Grafisch weekblad nr. 46, 2004)

Ik heb er voor gestaan in mei 1981. Het is me niet opgevallen. Hoogstens moet ik op de proclamatie gelezen hebben wie de spelers waren. Kaye doet een meesterzet: hij vervaardigt geen affiche, er hangt geen poster, maar een dagvaarding ter verschijning voor de parlementaire enquêtecommissie. Destijds ben ík niet door de commissie gehoord, maar nu heb ik dan toch nog één van de drie overgebleven dagvaardingen in huis. Dat is de waarheid en niets dan de waarheid, zo helpe mij Kaye!

Persbericht 15 mei 2011
Paradiso Posters van Martin Kaye in Galerie AO-i.

De Britse letterfanaat Martin Kaye (1932-1989) ontwierp en zeefdrukte van 1972 tot 1983 alle posters voor de Amsterdamse popmuziek-tempel Paradiso. Het atelier van Kaye bevond zich in de kelder van Paradiso. Hij drukte affiches terwijl boven zijn hoofd werd opgetreden door artiesten zoals Iggy Pop, The Sex Pistols, Herman Brood, U2, The Stranglers, Dire Straits en vele tientallen andere muzikanten – niet zelden herinnert nog slechts de poster aan hun bestaan.

Kenmerkend waren zijn eigen ontworpen letters, door hemzelf gesneden in zeefdrukfilm, helder en groot. Het gebruik van irisdruk, dat leidde tot een kleurrijk regenboogeffect, was zijn handelsmerk.

De oplage van rond de 125 posters werd door Kaye zelf, in gezelschap van zijn hondje Lady, door Amsterdam verspreid. De ruim duizend posters die Martin Kaye ontwierp voor Paradiso zijn te zien op een Breedbeeldscherm tijdens deze Expositie.

Lijstenmakerij & Galerie AO-i te Zaandam.

De Expositie is nu open DIWoDoVrZa

10.00 -17.00 uur tot 21 september 2011.

Webinfo: ao-i.nl & kunstdrukkamer.nl

Cornelis van Uitgeeststraat 2,

Zaandam / 075 – 6162646

Vrije toegang & gratis parkeren voor de deur.

> Periander <

Hermans laat zich niet ontmoedigen en komt in 1974 met een klassiek drama. De TV- bewerking was mooi en ‘Periander’ werd gespeeld door niemand minder dan Julien Schoenaerts.

Opnieuw een stuk over politiek, verraad, spionnen, leugens en bedrog. En Hermans waarschuwt: “Periander is niet geschikt voor jeugdige kijkers of soortgelijke aanhangers van Karl Marx”.

En ADAM, een Engels eenmanstijdschrift, bracht van ‘Periander’ een vertaling uit in het Frans. Iemand met gevoel voor Eurocultuur! Het tijdschrift verscheen onregelmatig: vooral wanneer de maker niet platzak was.

>  ‘Een heilige van de horlogerie’  < 

Toneelbewerking

Literair theater Branoul brengt in september, oktober 2002 en januari 2003 een toneelbewerking van deze roman: ‘…een tragi-komisch klinkend klokkenspel’. 

Bovendien verscheen een essay: ‘Machines en een fatale vrouw’. Een co-productie met het WFH-i. Over hoe WF Hermans de AKO-literatuurprijs misliep, ondanks alle aandacht in de pers voor de roman. Kortom, een onderzoek naar de secundaire literatuur over de roman.

Spel: Boris van den Wijngaard en Roos Drenth

De lustrumvoorstelling werd verder nog geaccentueerd door drie literaire soirees, m.m.v. ondermeer Freddy de Vree, Rudi van der Paardt, Ton Anbeek, Wilbert Smulders e.a.

Titelverklaring: Absoluut een juiste tijdsinvestering!

De lustrumvoorstelling werd verder nog geaccentueerd door drie literaire soirees, m.m.v. ondermeer Freddy de Vree, Rudi van der Paardt, Ton Anbeek, Wilbert Smulders e.a.

Branoul Productie “Een heilige van de horlogerie”
Spel: Boris van den Wijngaard, Roos Drenth Foto/Copyright: Pan Sok – Voorburg

Constantin Brueghel en Louise Brooks, zoals altijd bij WF Hermans: eerder karikaturen dan karakters. Een moeilijke opgave om niet een persoon van vlees en bloed te spelen, maar het waanidee dat hen drijft of gevangen houdt neer te zetten. De beide spelers konden de opdracht goed aan. Naturel spel, humor en stiltes werkten uitstekend. De zinloosheid van de taak die Constantin als klokkenmaker op zich nam, bleef als in het boek van Hermans boeien. 

Branoul Productie “Een heilige van de horlogerie” Spel: Boris van den Wijngaard, Roos Drenth Foto/Copyright: Pan Sok – Voorburg

Door tijdens een  intermezzo, waarin de pruik af ging, even het publiek in vertrouwen te nemen, werd Louise ontmaskerd als onbetrouwbaar en gevaarlijk voor een idealist als Constatin. Louise werd mede daardoor minder op afstand gehouden dan in de roman. Een keuze die op een geloofwaardige manier een erotische spanning vasthield en Hermans’ verhaal geen geweld aandeed.

En als je als schrijver deze verleidingen kunt doorstaan, dan heb je de AKO-literatuurprijs dik verdiend.
Voor het bestellen van deze tekening zie www.woldhek.nl

> ‘Nooit meer slapen’ <

toneelbeweking

De film ‘Nooit meer slapen’ kwam er niet. Merkwaardig eigenlijk. De locaties in Hermans’ romans en verhalen lokken verfilmingen uit. En wat gebeurt er? Toneelgezelschappen spelen niet de toneelstukken van Hermans, maar bewerkingen van Hermans’ romans, die er zich op het eerste gezicht helemaal niet voor lenen. Eerder werd ‘Een heilige van de horlogerie’ in Den Haag op het toneel gebracht. En nu is ‘Nooit meer slapen’ bron van inspiratie voor het toneelgezelschap ‘Nieuw Nederlands Peil’. In de maand mei 2010 was het een succes. En dus is het stuk nu in reprise. Een waagstuk, zou ik zeggen, waar iedereen naar toe moet!

Het Theater

Ik was bij de laatste voorstelling op 16 september 2010. Het Imperiumtheater, op een binnenterrein achter de Oude Vest in Leiden, is zo’n theatertje, dat de deuren openzet voor alle mogelijke kleine podiumprojecten. Roken onder het fietsenafdak en een hoog gehalte vriendelijke, vrijwillige medewerkers.

De voorstelling begint ruim te laat, maar dat vindt niemand een bezwaar. Het Leidse studentenpubliek kent elkaar en de enkele eenzame Hermansjager, waar ik er één van was, accepteert zijn eenzame missie met gemak, omdat de wijn er twee euro kost. Wat een lekkere plek om geweest te zijn.

De voorstelling

‘De portier is een invalide’. Ik was weggelopen als deze zin niet als opening was gebruikt. Maar na het uitspreken van de openingszin uit de roman waren mijn verwachtingen hoog. Wat is er in deze bewerking gedaan met de talloze prachtige dialogen en monologen en overpeinzingen? Kennelijk kan je dat aan Leidse studenten overlaten. Natuurlijk is de bekende thematiek van Hermans’ ‘Nooit meer slapen’ in deze bewerking aanwezig. Mislukking, moedwil, misverstand, je ontkomt er niet aan. Maar NNP heeft begrepen dat de kracht van de roman zit in de dialogen en monologen van de romanpersonages. Die zijn heel gebleven en vaak letterlijk verwoord.

Een waagstuk, dat wel. Qvigstad en Mikkelsen kwamen in het hele stuk niet voor. Het toneelgezelschap heeft zich geconcentreerd op de tegenstellingen in de levenshouding van Alfred  en Arne, met alle bijbehorende confrontaties  en de scherpste gesprekken die er het gevolg van waren. En toch, daar wringt iets in de keuzes van het toneelgezelschap. In de hele roman staat Arne voor Alfred op een voetstuk. Zijn energie, doorzettingsvermogen en vooral zijn rechtschapenheid zijn voor Alfred onaantastbaar. In de roman is het Mikkelsen die in het bezit blijkt te zijn van de luchtfoto’s die aan Alfred beloofd waren. Na die ontdekking is Mikkelsen onderdeel geworden van de complottheorie die Alfred construeert. Arne blijft de onaantastbare. Op toneel is het Arne die de luchtfoto’s tevoorschijn haalt. Arne valt van zijn voetstuk en daarmee wordt een deuk geslagen in de perfecte karikatuur die Arne is. En daar kon ik niet van slapen.

De rollen

Coen van Beelen was vooral de onzekere en onervaren Alfred. Naarmate de voorstelling vorderde, kwam hij steeds beter in zijn rol. Juist de steeds wisselende momenten van optimisme en teleurstelling gaven hem de gelegenheid het publiek te verrassen. Dennis Koopman kwam als Arne, zoals hij ook in de roman overkomt, als sterke, soepele en krachtige persoonlijkheid op en bleef die rol prima aanvoelen. Max van Duijn was als professor Sibbelee voldoende wereldvreemd om alleen aan zichzelf te denken. Sander Sauvé had het qua acteertalent wat moeilijker, maar kon juist daarom de twijfelachtige rol van professor Nummedal voor zijn rekening nemen. Annelies Storms was Eva, de zus van Alfred. Altijd aanwezig als zielzorger. Zij deed me denken aan de beschermheilige in ‘Herinneringen aan een engelbewaarder’.

De techniek

Godzijdank werd er geen beamer gebruikt met beelden die de suggestie kunnen wekken dat je in Finnmark bent. NNP heeft het aangedurfd zonder geavanceerde technieken essenties lijfelijk over te brengen. Zeker na de climax met rookmachine en oerknal die de inslag van een meteoriet suggereerde, was de zaal overtuigd. De roman werd recht gedaan en het publiek was verwend.

>  ‘De donkere kamer van Damokles’ <

toneelbewerking

Nederland leest niet alleen ‘De donkere kamer van Damokles’, Nederland bezoekt massaal het theater om de toneelbewerking te zien. Ga voorlopig voor informatie even langs bij: www.hummelinckstuurman.nl. Na Karakter, Heren van de thee en De kleine zielen, is dit het volgende literaire waagstuk op het podium. Denk maar niet dat het een kleine productie wordt……

> De hemelvaart der dwaze maagden <

En wat treffen we hier aan?

623   HERMANS, W.FR. De hemelvaart der dwaze maagden. (Een blijspel op rijm in drie bedrijven met zang en ballet). Ca 1945. Oorspr. TYPOSCRIPT. 12 bll. doorslagpapier. Folio. In linnen overslagdoos. – Het typoscript bevat een aantal correcties, wijzigingen en doorhalingen in handschrift. De titel draagt het stempel ”W.F. Hermans 1e Helmerstr. 208 Amsterdam”.


Exemplaar van Juus Hartman, de tekenares met wie Hermans kort na de oorlog een relatie had. Zij ontwierp de omslagillustratie voor de ”Tranen der Acacia’s”. Het exemplaar van Hermans zelf bevindt zich in zijn archief, er zijn geen andere exemplaren bekend. – Complete, ongepubliceerde teksten van Hermans komen zelden in de verkoop. Juni 2007.

OPVOERING 27 NOVEMBER 2013 in DE RODE HOED

En bij de presentatie van de Hermansbiografie, De mislukkingskunstenaar deel 1, door Willem Otterspeer wordt volkomen onverwacht dan toch het stuk, ‘Boert in twee bedrijven’, opgevoerd onder de regie van Carel Alphenaar. De groep bestaat uit een aantal studenten theaterwetenschap, een filosofiestudent e.a., een gelegenheidsgezelschap.

Rolverdeling:

Leonard, een jonge dichter:  Luuk van der Vaart

St Petrus, ’s Hemels portier:  Rino Sokol

St Martinus:  Luuk de Jong  

Vijf wijze/dwaze maagden:  Esther Weller Riëra, I.G., Kimberley Peuling Prevost  

Portier van een bar:  Luuk de Jong                   

Muzikant:  Milan Breukers  

Bewerking en regie:  Carel Alphenaar

Regie Karel Alphenaar

Pas na de voorstelling realiseren de spelers zich dat zij zich met een zeldzaam en exclusief drama hebben beziggehouden. De groep wist niet dat de tekst, verpakt in cassette, bij antiquariaten duizenden opbrengt. De zoon van Juusje Hartman heeft dat ene, bewaard gebleven exemplaar laten veilen. Op de Hermanstentoonstelling in de OBA lag het te prijk in een van de vitrines.

Onder de indruk van zoveel Hermanskennis in de Rode Hoed bijeen, was het enthousiasme het stuk te kunnen spelen in één klap compleet. De groep liet zich na de opvoering graag uitgebreid informeren over de geschiedenis ervan.

Maar ook bij de repetities al is er onbedaarlijk gelachen om de hilarische teksten van WF Hermans. En waar de zinnelijkheid van moest afspatten, werd het plezier alleen maar groter. Hermans heeft het ooit, springend als een kikvors over de vloer zelf aan vrienden laten zien. Schaterend speelde hij de scène, waarin het licht uitviel en de talloze knijpkatten die na de oorlog overbleven weer even nuttig bleken.

Petrus laat vlak na de Tweede Wereld Oorlog massa’s oorlogsslachtoffers door de hemelpoort binnen. Iedereen mag er in. Maar wat te doen met die Leonard, die liever naar het aardse terug wil, naar zijn geliefde met wie hij werd doodgeschoten door de echtgenoot van zijn minnares? En dan is er dat plan, het hiernamaals op te fleuren met een aantal maagden om zo het verblijf danig te veraangenamen. Petrus neemt het niet zo nauw met de huisregels in de hemel en zo worden de maagden (nou ja, maagden…) geronseld.

Het stuk zal niet in deel 10 van de Volledige werken bij de andere stukken van WF Hermans worden opgenomen, maar hoogst waarschijnlijk wel in een van de laatste delen (Ongepubliceerd werk). Inmiddels heb ik het kunnen inzien en dat kan niet iedereen zeggen!

> ‘Hermans’ hand’ <

16 september – 29 oktober 1995

Tijdens Theaterfestival De Branding brengt theatergroep Hollandia: ‘Hermans’ hand’, muziek- en bewegingstheater. De foto, gemaakt op de rommelmarkt die Hermans bezoekt, op jacht naar schrijfmachines, is het uitgangspunt: daar blesseert hij zijn hand. Hans Dagelet speelt WF Hermans en bewijst de lichaamstaal van Hermans verstaan te hebben.