NRC-Handelsblad, 28/12/71
Den Haag, 28 dec. – De antirevolutionaire Tweede-Kamerleden mej. J. van Leeuwen en dr. A.J. Vermaat hebben minister De Brauw van wetenschapsbeleid gevraagd een onderzoek in te stellen naar de werkwijze van de schrijver W.F. Hermans als lector in de klimatologie aan de Groningse universiteit. Volgens een bericht in de Groningse universiteitskrant weigert de heer Hermans college te geven. Gedurende dit studiejaar zou hij zich nog niet op het instituut van de subfaculteit geografie hebben laten zien. Vorig zou hij er slechts één keer zijn verschenen.
Volgens mededelingen van studenten en de wetenschappelijke staf van deze subfaculteit in de universiteitskrant wil de heer Hermans uitsluitend colleges geven als van tevoren bekend is gemaakt dat er voldoende belangstellende studenten zijn en wie deze studenten zijn.
De studenten, zegt het universiteitsblad, wilden echter niet hun namen bekend maken. Daarop zou de heer Hermans geweigerd hebben ooit nog op het instituut te verschijnen.
Reactie
W.F. Hermans: “Ik meen dat ik als docent het recht heb te weten aan wie ik college geef. Het betreffende artikel in het universiteitsblad berust grotendeels op leugens. Ik ben door een aantal studenten buitengewoon onbeschoft behandeld.
“De oorzaken van de recente spanningen tussen de studenten en mijzelf liggen veel dieper. Er zijn grote meningsverschillen over het studieprogramma. Dat is in deze tijd niets bijzonders. Er zijn tal van docenten aan universiteiten die door de ontwikkelingen van de laatste jaren verwikkeld raken in interne kwesties. Ik heb onlangs een brief over mijn moeilijkheden geschreven aan de faculteitsraad. Ik heb nog geen antwoord ontvangen.”
De heer Hermans vindt het initiatief van de Kamerleden deze kwestie in het openbaar aan de orde te stellen “waanzinnig”:
“Het zijn waarschijnlijk mensen die mijn romans niet op prijs stellen. Als het om een onbekende docent was gegaan, dan hadden Kamerleden en kranten voor zo’n interne kwestie geen enkele belangstelling getoond.”